De laatste dag in Siem Reap
Dag 22
Vanmorgen eens ietsjes langer slapen want we werden na het ontbijt pas opgepikt om 9u. Er was ook een wissel bij de gidsen dus gingen we vandaag met een andere gids op pad. Wel jammer eigenlijk!
Eerst reden we naar de pier waar we op een longtail-boot door het kanaal voeren richting het Tonlé Sap-meer. Dit meer is één van de grootste van Zuid-Oost Azië en het is inderdaad gewoon reusachtig. Vanuit het vliegtuig leek het wel de zee want toen ik Milan vertelde dat dit Tonlé Sap was zei hij nog: “Neen mama, da’s de oceaan!” Niet dus!
Het kleine kanaal wordt gevormd door de huisjes die links en rechts liggen. Het is een drijvend dorp waar de lokale bevolking maar vooral veel Vietnamezen wonen. En wat ik al begrepen heb de afgelopen dagen is dat de Cambodjanen het niet begrepen hebben op Vietnamezen (noch op Koreanen en in de geschiedenis blijkt Thailand er ook niet zo goed uit te komen ;)).
Het dorp drijft want naargelang het seizoen verplaatsten ze zich dichter of verder van het meer vandaan. Tijdens het regenseizoen – nu dus – wonen ze dichter tegen land en in het droge seizoen omgekeerd. De huizen worden dan door grote boten op sleeptouw genomen. We voeren ook even op het Tonlé Sap-meer. Niet veel te zien want water links, rechts en voor zover je kon zien!
In het kanaal was het een enorme bedrijvigheid want je zag dikwijls longtail-boten met toeristen passeren. Naast de woonboten zagen we ook enkele drijvende restaurants (met een ‘crocodile farm’ met 13 krokodillen en een bassin met meervallen) waar toeristen stopten… stom!
Gelukkig was al de rest authentiek en zag je het dagelijkse leven van de bewoners. Een drijvende katholieke kerk (voor de Vietnamezen), twee drijvende schooltjes (weer voor de Vietnamezen) en een drijvend basketbalveld. Grappig! Toen ik vroeg waar de Cambodjaanse kinderen dan naar school gingen want er liepen er wel genoeg rond, liet hij weten dat deze aan wal naar school gaan, m.a.w. niet dus!
Onze longtail-boot werd bestuurd door een jonge vrouw en haar zoon (8 jaar schat ik). Ik vroeg de gids wat zij verdienden aan deze boottocht (met notabene maar twee toeristen op, Milan en ik). 3%!!!!!!!
Het ticket kost 25 dollar dus reken maar uit… Ze zijn een uur met ons onderweg, de boot vraagt onderhoud, het kost benzine,… Die mensen moeten echt leven van onze fooien! Triestig!
Ik vroeg of de ferry van Tonlé Sap ook in handen is van de Vietnamezen maar dat is blijkbaar een coöperatie met Korea. De Cambodjanen beheren niets van hun inkomstbronnen zelf. Angkor wordt geleast door Vietnam voor 7 miljoen dollar en dit terwijl er daar jaarlijks 3,5 miljoen bezoekers zijn. Een dagpas kost 20 dollar/persoon, drie dagen 40 dollar dus reken maar uit hoeveel winst eigenlijk naar Vietnam gaat.
In India zijn ze zelfs van plan om een replica van Angkor Wat te bouwen, hoe stom is dat?! Er gaat toch niets boven ‘the real thing’!
Er moet nog heel wat gebeuren tegen dat het land er weer bovenop is… Gelukkig zijn er vele landen over de hele wereld om te helpen: de organisaties die de kinderen begeleiden naar een betere toekomst, de internationale weeshuizen en de renovaties aan de schitterende tempels.
In de minivan reden we ook voorbij een kerkhof met onbekende soldaten, met slachtoffers van de Rode Khmer. Blijkbaar zijn er tijdens die burgeroorlog van 1975 tot 1979 3 miljoen slachtoffers gevallen. Had geen idee dat het zo erg was. Hij zei dat er eigenlijk ‘Killing Fields’ zoals we in Phnom Penh gezien hebben over heel het land verspreid liggen.
En de landmijnen rondom de steden en trekpleisters zijn opgeruimd dus toeristen hebben niets te vrezen maar verspreid over het land – en uiteraard op het platteland – zijn er nog 6 tot 7 miljoen landmijnen te vinden.
We stopten deze keer heel vroeg voor lunch – nog geen 11.30u - maar geen van beiden had echt honger dus gewoon een bananenshake was genoeg!
Onze laatste Cambodjaanse tempel stond dan op het programma: de Bayon-tempel die ligt in de oude stad ‘Angkor Thom’.
‘Bayon’ wil zeggen ‘4 gezichten’. En inderdaad telkens 4 gezichten sierden elke toren van de tempel. Schitterend om te zien! We hebben er toch denk ik bijna 2 uren rondgelopen. Niet dat de tempel zo reusachtig is als Angkor Wat maar het was een leuke plek om foto’s te nemen en om rond te lopen in alle aparte “kamertjes”. Er waren er zelfs ondergronds! We hebben ook twee keer moeten schuilen voor het onweer en het laatste duurde toch wel een dik kwartier en deze keer hadden we noch poncho’s, noch paraplu’s mee.
We hebben ons Angkor-bezoek naar mijn mening in schoonheid afgesloten. Ja, Bayon was de favoriete tempel van Chamnan, onze gids van gisteren en ja hoor, mij kan hij ook heel erg bekoren! En zelfs bij Milan komt hij op nummer 2! ;)
Omstreeks 15u waren we weer in ons hotel om nog even te relaxen. Straks nog eens naar ons favoriet Belgisch restaurant en dan valiezen pakken want morgen gaat de vlucht richting Maleisië.
PS Nog een weetje: ‘Siem’ verwijst naar de Thaise bevolking en ‘Reap’ betekent ‘overwonnen’ dus Siem Reap betekent dat ze de Thaise bevolking overwonnen hebben. ;)
Reacties
Reacties
Formidabel hoe je schrijft : die "Crocodile farm" voor toeristen, jullie behoren daar duidelijk niet bij, en bekijken de echte bevolking, je weet ook van wanten hoe het allemaal in elkaar zit, we leren iets van jou met dit blog, bij jullie is het inderdaad : reizen om te leren. Goede vlucht naar Maleisië.
Veilige reis!Tot Binnenkort in Maleisië X
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}