In de voetsporen van 'The Bridge On The River Kwai'
Dag 7
Vanmorgen werden we om 6u opgepikt met een monovolume om dan even later over te stappen op een reisbus bijna helemaal vol met Nederlanders! ;)
Een reis van 1,5u bracht ons tot aan een kleine aanlegsteiger in de buurt van het drierivierenpunt Mekong – Kwai - Si Sawat. Van daaruit had je de keuze om over water richting de wereldberoemde brug over de Kwai te varen of gewoon met de bus. Milan had natuurlijk snel gekozen!
Toch wel indrukwekkend om voorbij het drie-rivierenpunt op een longtailboot enkele minuten later ‘the bridge over the river Kwai’ te zien opduiken. Daar werden we gedropt en mochten over het spoor van de beruchte brug wandelen.
Ondertussen was het opnieuw snikheet en een halfuurtje was genoeg om in het zweet te baden. Wat moet dat dan niet geweest zijn om in die temperaturen een brug te bouwen?
Even later hielden we halt bij het War Memorial Museum dat onder Australisch management valt. Blijkbaar heeft Australië een heel belangrijke rol gespeeld in dit conflict en zijn er een heleboel Australiërs, Britten en Nederlanders gestorven bij de bouw van de Birmaspoorlijn in opdracht van de Japanners. Het museum vertelt de hele geschiedenis van de Birmaspoorlijn en de oorlog die Japan voerde om Azië in te nemen. Heel interessant want – m.u.v. Pearl Harbour - wist ik van de inbreng van Japan in WO II helemaal niets… Aan het museum is ook een kerkhof verbonden waar een heleboel gesneuvelde geallieerden liggen. Rijtje per rijtje gelijkaardige gedenktekens.
We hebben het kerkhof vanop de bus gezien – je kon een bezoek brengen indien je dit wilde – maar bij deze temperaturen leek het me redelijk onverantwoordelijk om op het middaguur in de blakende zon te lopen.
Terug de bus op voor de laatste stop: de aanlegsteiger voor de longtailboten die ons naar ons drijvend hotel zouden brengen.
Gedurende 40 min. vlogen we over de Kwai rivier. Fris windje, Milan een stralend gezicht en genieten van de schitterende natuur links en rechts. Jungle, beboste bergen, waterbuffels en zelfs olifanten die door de plaatselijke bevolking werden ingezet als arbeidskrachten.
Amaai, 40 min. per boot, we zaten echt in the middle of nowhere. De enige mensen die je ziet zijn de schippers van de longtailboten en de toeristen die erop zitten. En af en toe duikt langs de rivier een klein resort op.
Spannend… hoe zou ons hotel eruit zien? De bocht om en daar dook ‘River Kwai Jungle Rafts’ op, waw!!! Het hele drijvend resort in bamboe en hout, gedragen op lange, drijvende rubberen “banden”. Geen elektriciteit, geen internet, koude douche, … Back to basics!
Na de Thaise lunch kregen we de sleutel voor onze kamer en Milans reactie zegt het allemaal: “Waw, vetcool!” ;-)
Maar voor we konden genieten van het resort stond er nog een uitstap op het programma. Eerst met de longtailboot en dan in de laadbak van een jeep voor een rit naar Hell Fire Pass Memorial.
Op deze plek wandel je over een gedeelte Birmaspoorlijn dat nu niet meer bestaat want is door de plaatselijke bevolking na de oorlog helemaal geplunderd… bielzen, rails,… alles weggenomen. Maar daar de bouw op deze plek zo een helse karwei was (er moest een doorgang door de berg gekapt worden) werd deze plek uitgeroepen tot ‘Hell Fire Pass’ en vond Australië het belangrijk dat hier een memorial kwam zodat ook de volgende generatie zou weten wat een hel het geweest was.
Tegen 17u kwamen we terug aan in het drijvend resort. Milan wou vlug zijn zwemkledij aan want hij had sommigen al in het water gezien die zich op de stroming lieten voortdrijven aan de hand van een zwemvest. Ik was er niet gerust in maar hij vond maar dat ik hem niet meer als een babytje moest behandelen dus doe dan maar zeker?! ;-)
Het probleem vond ik niet wat er gebeurde maar eerder in welk water het gebeurde… Want echt proper leek het de rivier met haar zandbruine kleur niet echt… En ‘goed douchen’ in zo een primitieve omgeving leek me ook echt een uitdaging…
Bon, niet op voorhand problemen creëren… doen maar!
Zijn gezicht sprak boekdelen, zo leuk vond hij het! Na een paar kiekjes te hebben genomen, wou ik het eigenlijk ook gewoon zelf uitproberen. En ja hoor, geweldig! Zaaaaalig laten meedrijven! De enige uitdaging was weer op de steiger te geraken want je moest ervoor zorgen dat je niet voorbij het laatste drijvende huisje dreef of je kon tegen de stroom beginnen inzwemmen… onmogelijk! Je terug op de ladder hijsen in de stroming was moeilijker dan ik dacht! But we made it! ;-)
OK, douchen! Geen elektriciteit te hebben, was de grootste uitdaging want je zag eigenlijk niet veel omdat die huisjes nogal donker waren. Met het schijnsel van een petroleumlamp moest alles gebeuren. Geen makkie! Wat zijn we toch verwend!
Om 19u werden we terug aan tafel verwacht voor het diner. Weer allerhande Thaise gerechtjes kregen we voorgeschoteld. Wel leuk om alles zo eens uit te proberen!
Na het diner werden we verwacht in het laatste huisje dat ingericht was met een podium en bankjes. Daar brachten vrouwen en kinderen van de Mon-stam – die eigenlijk uit Birma afkomstig zijn maar daarbuiten enkel in dit deel van Thailand voorkomen – een show. De vrouwen en kinderen zongen en dansten, de mannen bespeelden enkele inheemse instrumenten.
Een leuk weetje: dit drijvend hotel ligt in vogelvlucht slechts 18km van de Birmese grens (het huidige Myanmar).
Muskietennetten naar beneden laten en bedje in…
Reacties
Reacties
Waw, wat een mooi verhaal ! Papa zit hier te kwijlen als hij dat leest, heel die geschiedenis van de Bridge, maar ja, hij wil zo ver niet vliegen en zo'n avontuurlijke reis zouden wij niet meer aankunnen. kan het een beetje geloven hoe Milan hiervan geniet, avontuurlijker kan niet hé? En dan zo midden in die mensen hun levenswijze, zo beseft men wel hoe goed we het hier hebben, maar ja dien mensen zullen ook gelukkig zijn.
Zoals mama en papa hierboven schrijven, ik ben hier ook aan het kwijlen...zo mooi geschreven...moeten Wim en ik ook nog eens doen, tips genoeg hé, de volgende reis is al uitgestippeld voor ons! X
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}